“Dit is niet mijn internet” is een reeks van 9836 artikelen, geschreven door beeldend kunstenares Sabine de Graaf. In haar autonome werk is het internet als medium een terugkerend onderwerp.
Dit allereerste artikel zal zich richten op de esthetiek van jaren ‘2000 internetpagina’s.
Ad revenue, trackers, clickbait, clickbait en clickbait.
Mijn uitdagende en prikkelende internet is omgetoverd tot een door algoritmes gedreven monster dat koste wat kost zoveel mogelijk informatie betreffende ieder individu zal verzamelen. Elk voetspoor van data dat men achterlaat wordt direct en gulzig opgevist, gecategoriseerd en verspreid in de hoop ieder persoon te kunnen gebruiken als zijnde een product.
En dat lukt behoorlijk aardig.
Maaaaaaaaaarrrrr in het beginstadium van het internet speelden deze termen geen rol en zag het internet als platform er heel anders uit. Destijds werden er minder pogingen gedaan je fysieke persoon te koppelen aan je digitale gedrag. Er was geen echte noodzaak voor de gemiddelde persoon om deel te nemen aan online activiteiten en het besteden van veel tijd op internet was een ware keuze of hobby. Van een kind, naïef en speels, is het web inmiddels opgegroeid tot een veel serieuzer wezen met een enorme invloed op ons dagelijks leven. Het internet is nu een openbare ruimte waar alle activiteit gemonitord wordt. Ieders online aanwezigheid en gedrag heeft directe consequenties buiten de apparaten om.
Gelukkig schuilen, onder het oppervlakte van het internet, nog steeds vele pagina’s waar een nostalgische insteek gehanteerd wordt. In relatief kleine getale, zijn er godzijdank vandaag de dag nog websites die weigeren deel te nemen aan dit geldgeile circus. In deze serie wil ik deze mij wild enthousiasmerende online plekken aan de buitenwereld kenbaar maken. Om mijn blik hierop vorm te geven, begin ik graag bij het begin. Hiervoor gaan we eerst terug naar het oude internet.
Elke internetgebruiker heeft de beginjaren anders ervaren. Voor mij bestonden mijn kinderjaren op internet (rond 2003) uit inbelverbindingen en het uitprinten van Pokémon kleurplaten en walkthroughs voor games. Naarmate ik ouder werd, veranderde dit naar het delen van ingescande tekeningen en amateurfotografie op een Deviantart-achtige site, en het spelen van flash video’s en games op Newgrounds, AlbinoBlackSheep, en Kongregate. Een aantal jaren later, in mijn puberteit, raakte ik dieper in het web verzeild en ging er een wereld voor mij open.
Spannende plaatsen
In deze (voor mij) glorietijd van het internet spendeerde ik veel tijd aan het bezoeken van anonieme forums. Mijn nieuwsgierigheid en verlangen naar het zien van voor mij grensverleggend beeld bracht mij destijds naar vreemde plaatsen. Het voor een puber kenmerkende gebrek aan empathie maakte dat ik verontrustende beelden gemakkelijk tot mij nam. Deze nieuwsgierigheid is met mijn opgroeien verdwenen, maar mijn ervaringen uit deze periode maakten dat ik een dikke huid kweekte en sindsdien nog zelden beledigd ben geraakt door online inhoud. Op de anonieme forums die ik bezocht heerst tot op de dag van vandaag een cultuur waarbij controversiële uitspraken en beelden zonder consequenties geuit mogen worden. Beledigen of choqueren is een vanzelfsprekendheid die bij de taal hoort en vooraf gaat aan de ware inhoud. Het vluchtige van een anonieme post, vaak met beeld, in combinatie met het ontbreken van context als bron of persoon, maakt deze fora tot een ideale broedplaats voor nieuwe ideeën. Het ervaren van de onvoorspelbaarheid van deze omgevingen hebben mij getekend als persoon en fungeert als een soort fundering voor mijn blik op het internet en deze artikelen.
Hier tegenover staan platforms als Twitter, Instagram en Facebook, waar inhoud die niet aan de regels voldoet wordt verwijderd en waar individuen tot jaren later aansprakelijk worden gehouden voor media die is gedeeld. Onze smartphonecultuur is gebaseerd op het tegenovergestelde van privacy, iets wat niet direct kwalijk hoeft te zijn, maar misschien wel creativiteit kan belemmeren.
Het aanhalen van een smakeloze grap, het plaatsen van een controversieel beeld, of het delen van een onpopulaire mening kan over twintig jaar nog funest zijn voor een persoon. Zwart op wit blijft elke uitspraak voor jaren zichtbaar, onlosmakelijk verbonden aan de voor-en-achternaam van de schrijver. Dit vind ik een interessant maar ook gevaarlijk gegeven. Het zorgt immers voor een bijna absurde situatie waarin men zich nu al bezig moet houden met wat over vijf jaar misschien sociaal afgekeurd gaat worden. Om confrontatie en aansprakelijkheid te voorkomen is er op de bovengenoemde mainstream websites een cultuur ontstaan waarin internetgebruikers voorzichtig zijn met het delen van “gevaarlijke” meningen en beeld. Maar ook op mij als kunstenaar en persoon heeft dit effect. In het schrijven van deze teksten heb ik meermaals zelf getwijfeld over waar ik me wel en niet over durf te uiten. Voornamelijk in het delen van obscene beelden ben ik voorzichtiger geworden. Daarom kan ik mij in zowel het anonieme internet als de kunstwereld thuis voelen; wellicht de laatste omgevingen die nog open staan voor het analyseren van omstreden beeld.
En dat brengt ons naar nu, een tijd waarin ik zit te typen over hoe goed het internet vroeger wel niet was.
In de afgelopen 10 jaren zijn de layouts van de meeste websites aangepast naar een format wat vooral bestemd is voor smartphone-en-tabletgebruikers. Veel bezochte websites als Facebook, Ebay, Youtube, Instagram en anderen worden gedragen door algoritmes die de bezoeker vernuftig trachten te verleiden tot het spenderen van zoveel mogelijk tijd (meer tijd = meer clicks = meer ad revenue). Maar als je net als ik heimwee kan krijgen naar de blokkige opzet van jaren ‘2000 pagina’s, kun je de Wayback Machine gebruiken om je dorst te lessen. Op
www.archive.org kun je de op de voorpagina de “Wayback Machine” vinden. Archive.org is het adres van Internet Archive, een non-profit organisatie die zich inzet om *tromgeroffel* het internet te archiveren. Dit wordt gedaan met het aanbieden van een enorme bibliotheek aan muziek, beeldmateriaal, tekst, en andere media. Een van de meest bijzondere aspecten van Internet Archive, is voor mij de Wayback Machine. Met deze tool kun je webpagina’s bezoeken zoals die op specifieke data zijn gepubliceerd. Als voor velen herkenbaar voorbeeld deel ik graag het domein www.youtube.com zoals het was op 19 augustus 2006:
Het internet is een vloeibaar medium wat razendsnel blijft veranderen met de tijd. Het feit dat Internet Archive dit erkent en een poging doet tot het vastleggen van deze muterende entiteit, bejubel ik. De historie en evolutie van wellicht het meest invloedrijke wereldwijde medium moet immers bewaard blijven.
Omdat de web-esthetiek die ik in dit artikel beschrijf inmiddels al aan ons voorbij getrokken is, voel ik in mijn werk soms de drang dit soort beeldtaal terug te halen. Als voorbeeld zijn mijn twee websites, www.sabinedegraaf.nl en www.hx-70.com doordrenkt met ervaringen en liefdes die ik in het stuk hierboven heb beschreven. Toen ik mijn eigen website ging opzetten, deed ik eerst een kort onderzoek naar hoe andere kunstenaars hun websites vorm hadden gegeven. Ik was op zoek naar een type vormgeving wat bij mijn werk hoorde. In de vele websites die ik onder de loep nam, merkte ik op dat veel pagina’s een eenvoudige layout met witte achtergrond en zwarte tekst hadden. Voor mijn eigen kunstwebsite wilde ik afwijken van dit veelvoorkomende minimalistische format en iets bouwen wat op mijn kunstwerken aansloot. In het maken van keuzes merkte ik al snel dat ik in de opmaak een stuk nostalgie naar het “oude” internet wilde meenemen. Zo koos ik voor het plaatsen van .gif afbeeldingen, het gebruiken van HTML codering, en een layout waarbij het menu statisch boven of links van de pagina staat. Zo verwijst mijn website op zijn eigen manier terug naar het internet van de “Wayback machine” in plaats van het WordPress-template internet van nu. Dit zie ik niet als een werk maar als een stijlkeuze, één waarvan ik hoop dat het bezoekers herinnert aan de vergankelijkheid van online beeldtaal.
Als kunstenaar en kijker ben ik altijd op zoek naar werk en beeld wat voor mij niet gemakkelijk te linken valt aan dingen die ik eerder heb gezien. Het zien van werk wat meer ?vraagtekens? dan herinneringen oproept geeft mij een kick. Deze honger valt niet altijd gemakkelijk te stillen. Als deze lust te groot wordt, word ik gedreven naar zowel de kunstwereld als de digitale wereld, omdat de kans op het vinden van verzadiging hier groter is.
In de volgende 50687 50688 delen van deze artikelen wil ik jullie meenemen in een verdieping van online makers die deze grenzen voor mij verlegd hebben.
De rode draad is hierbij de stelling dat de anonimiteit en (het gebrek aan) context op internet van een enorme toegevoegde waarde is omdat dit speelsheid uitlokt. Ik wil de gordijntjes van een theater van unieke online makers opzij schuiven en toelichten hoe deze digitale scheppers mij door de jaren heen hebben beïnvloed, alsmede hoe dat te zien is in mijn werk.
Dit huidige internet als onze publieke ruimte draagt dit element van mysterie niet met zich mee; dit is niet mijn internet. Maar wat wél mijn internet is, zal ik laten zien.