Guido de Pooter over zijn werk en fascinaties

“Soms bekruipt me het gevoel dat iets maken van een bepaald belang zou kunnen zijn. Wanneer ik dingen maak is er af en toe een overtuiging in mijzelf die zegt dat de dingen die ik maak anders kunnen, dat ik al doende mijn werk steeds meer concreet kan maken. Ik wil dichter tot een kern van mijn onderzoek proberen te komen door te volharden in het maken en onderzoeken. En door mijn werken te toetsen en tonen.

Ik zou niet weten waarom ik er mee ben begonnen. Wanneer ik er nu over nadenk zou een belangrijke reden kunnen zijn dat ik iets wil omvatten of omschrijven en vooral iets laten zien. Graag iets willen tonen. Iets wat gemaakt is en tegelijkertijd los kan komen van het gemaakte.”  

Momenteel ben ik bezig met de status van objecten. Meer specifiek de status van de dingen binnen het kader van de tentoonstellingsruimte. Daarbij is het effect van display in de kunst denk ik van groot belang. De display geeft het getoonde een bepaalde status. Een display is een element waarop we iets kunnen tonen. Een stapeling van vormen.”

Fascinaties
“Ik ben erg geïnteresseerd  in hoe de tentoonstellingsruimte -en de elementen in de tentoonstellingsruimte – is/ zijn gebruikt in het verleden ten opzichte van nu. Er zijn vandaag de dag nog altijd veel klassieke of academische elementen en manieren in het tentoonstellen die worden gebruikt. Deze manieren, vormen en denkwijzen uit het verleden die bewust of onbewust doorsijpelen naar het heden fascineren mij. Geesten die ronddwalen. Wat is in essentie het tentoonstellen, de essentie van het tentoongestelde en uiteindelijk de kern of de essentie van het gemaakte object. Voor mijn werk maak ik gebruik van verschillende materialen. Ik voel mij niet heel erg verplicht tot één bepaald soort medium. Hout, papier en inkt (tekenmaterialen) zijn materialen die ik graag gebruik, dit komt doordat ik altijd veel heb getekend.”

WKNDX
“Mijn verwachting is om tijdens WKNDX een goede presentatie te kunnen maken van mijn meest recente werk. Het maakproces is naar mijn idee het onderzoek, maken voedt het maken en maken voedt het onderzoek. Vooraf een plan hebben om het vervolgens in elkaar te kunnen zetten draait voor mij vaak uit op heel andere resultaten. Een bepaald soort overzicht vind ik prettig bij reflectie. Momenten zoals tentoonstellingen of kleinere presentaties van mijn werk lijken tot dusver te werken voor mijn reflectie. Tijdens of na een presentatie kan ik mij pas eigenlijk gaan afvragen of het klopt wat ik wil met mijn werk en of ik de gedachten die ik had nog kan rijmen met datgene wat ik nu daadwerkelijk voor ogen heb. Mijn portfolio en de publieke relaties zouden moeten groeien. Hiermee bedoel ik dat ik in de toekomst actiever wil zijn met zaken als mijn website en communicatie. ”

Over 10 jaar
“Tien jaar geleden had ik niet voorzien dat ik nu zou zijn waar ik nu ben. Zoals met weersvoorspellingen is het toch enorm gissen, vooral op de langere termijn. Ik begrijp dat deze vraag gaat over mijn ambities.  Over tien jaar heb mijn portfolio verder kunnen ontwikkelen. Over tien jaar hoop ik terug te kunnen kijken op de dingen die ik gemaakt heb en daar grotendeels achter te kunnen staan. Een meer stabiel inkomen te kunnen genereren uit mijn kunstpraktijk of gerelateerd aan mijn kunstpraktijk zou mooi zijn.”