Op een zonnige dag bezocht ik Joran in zijn atelier in Eindhoven, verborgen achter op een terrein, een eindje wandelen vanaf de plek waar we elkaar troffen. De zomer was in volle gang en daarom ook een verademing om in zijn atelier te zijn. Toevallig stonden er veel van zijn werken die weer terugkwamen na verschillende exposities. Aanleiding van het bezoek was zijn zeppelin. Via social media zag ik de crowdfunding voorbijkomen en trok mijn aandacht. Joran wilde er een bouwen. Ten tijde van het atelierbezoek was de zeppelin inmiddels af. Het gesprek ging uiteraard over dit construct, echter ging het dieper en bespraken we meer van zijn werk: de persoonlijke zoektochten naar ruimte en geluk.
“De eerste versie is nu gebouwd, daar ben ik eigenlijk niet zo heel gelukkig mee. Ik had liever gewild dat we hem nog aan het bouwen waren, of nog niet af was geweest. Want nu moet ik een nieuwe gaan bouwen. Het bouwen is waar het me om te doen is, het proces van hoe je een ruimte bouwt die groter is dan jezelf, kan een universele metafoor zijn voor de ruimte die zich tussen mensen bevindt. En dan bedoel ik niet alleen fysieke ruimte – dat vind ik nog niet eens zo belangrijk – maar meer de ruimte die zich uitstrekt over tijd en voorstellingsvermogen, herinnering of een gezamenlijke beeldtaal. Verhalen die we allemaal delen en welke impact dat heeft. Hoe kijken we naar elkaar?”
De zeppelin is een construct – gebogen van volstaal – dat staat in een veld. Het is juist niet de bedoeling om het een afgesloten geheel te laten zijn, meer een optisch framework: een podium voor een theaterstuk dat nog niet af is, met een begin en een eind of een eind als begin. Het refereert naar de LZ129 Hindenburg, de grootste zeppelin die ooit is gebouwd, maar op 6 mei 1937 in brand vloog. De fatale gebeurtenis is bij vele bekend, het zit in ons collectief geheugen. Het verhaal spreekt tot je verbeelding en is misschien nog niet helemaal compleet of ongrijpbaar: het heeft bijna de vraag om het nog af te maken.
Joran vindt het interessant om een kunstwerk te maken wat niet zozeer een reflectie van zichzelf of van wat hij meemaakt is, maar juist de ruimte geeft om te vertellen wat een beeld, fantasie of verhaal nou werkelijk is. Wat is dat nou eigenlijk, een reflectie of een beeld? Dat is voor hem intrigerend en uitdagend. Het hoeft dus ook niet in de vorm van een zeppelin te zijn en het hoeft ook niet af te zijn, het gaat Joran meer om het proces, het staal van de zeppelin buigen, de constructie bouwen. Liever het proces dan dat er straks allemaal lege constructen staan.
“Zodra het af is, is het een object en is het geen verhaal meer. De tijdspanne van het verhaal is dan weg. Mensen zien het resultaat en niet het proces. Daarom ben ik nu bijna verplicht om het construct af te breken totdat er niks meer staat en het verhaal opnieuw vertellen.
Mensen verwachten dat er nu dat er iets met het kunstwerk gebeurt, dat er misschien nog een zeppelin komt, dat er een grotere komt, terwijl ik dat helemaal niet wil. Ik ben juist geïnteresseerd in hoe iets geconstrueerd wordt en niet zozeer in het resultaat. De gecreëerde verwachting bij mensen, het gaat juist om de basis die je creëert voor jezelf. Het moment dat je iets maakt en jezelf de ruimte geeft om te denken. Hoe geef en neem je als kunstenaar – en als mens – de ruimte om de wereld beter te begrijpen?”
Misschien is het een discussie die Joran met zichzelf voert, vanaf moment dat het er is, mag het niet meer veranderen.Het werk van Joran zijn vaak hele persoonlijke zoektochten, het verlangen naar een ander: hoe kom je dichter bij een ander, of hoe kan een relatie conflictueus zijn? Kun je voor een periode samen zijn en wat betekent dat? Wat gebeurt er als er twee identiteiten samen zijn op een plek, wat gebeurt er dan en is die plek onderhevig aan de interpretatie van deze twee en strekt die plek zich dan uit over de tijdsperiode waarin je je bevindt. In een bepaalde zin is het onderhevig aan alle stappen die je zet en elk gegeven dat je tegen komt, maar het wordt pas belangrijk als je het waarneemt. Het hele samen zijn tussen mensen is in essentie zo gefragmenteerd, hoe alle elementen samenhangen. Een wrang geheel waarin je toch een soort kern kan vinden die je niet hoeft te bevragen, want het is er gewoon.
“Ik blijf dat ingewikkeld vinden, want je bent fundamenteel verbonden met je eigen perspectief. Het blijft voor mij altijd een vraagstuk hoe ik mij als individu zie tot een samenzijn: dat kun je beter doen van een afstand dan er onderdeel van zijn. De driestap hoe je als eenling kijkt naar samenzijn en hoe samenzijn wordt beïnvloed in het kijken, de onbereikbaarheid in perspectief: Ik hoop dat ik daar ooit uitkom. Is het niet complexer dan dat, waarom kan het niet zo zijn zoals het is? “
Ruimte is een terugkerend onderwerp, ruimte in tijd, plaats, afstand, partnerschap, complex of juist niet. Blijf je filosoferen of geef je jezelf over in het proces van het construeren van een ‘relatie’ of ‘ruimte’ wat de context dan ook mag zijn? Waarom is die constante vraag nodig: om te weten waarom je samen met iemand bent? Met welke reden deel je ruimte en heeft het überhaupt een reden nodig? Wellicht is die complexiteit een constante motivatie voor Joran. Of is het een opening voor het creëren van een moment zodat hij weer een ruimte heeft die hij procesmatig kan benutten, construeren.
Joran is op dit moment druk bezig met meer dan enkel zijn zeppelin. Zo wil hij kampvuren van beton maken, momenten en plekken laten ontstaan. Een non-moment. Je kunt het je niet geheel eigen maken, en dat juist als motivator – misschien wel katalysator – gebruiken. Daarnaast heeft hij diverse exposities en residenties die momenten van tijd en ruimte van hem verlangen. Het proces van construeren, linkjes die Joran voor zichzelf in zijn hoofd legt, die tot uiting komen in zijn werk. Zijn filosoferen is een onuitputtelijke bron van informatie en inspiratie. Het werken met beeldtaal, het proces, de ruimte, het hoeft niet allemaal af te zijn, niet volledig gepland. Een organische manier van vormgeven, construeren.