Agenda Artikelen Programma Zoeken Contact Partners Auteurs

Maja Irene Bolier - Hoe te rouwen in het digitale tijdperk?

AiR

I am huddled up in the cold in the middle of the night.

Behind a computer screen and sadness

And time zones and loss

 

De atelierruimte van Witte Rook is omgebouwd tot filmzaal. Als ze de tussendeur dichtschuift ben ik alleen met de film die me terugbrengt naar 2015. Toen keek ik zelf, net als Maja, in de nacht vanuit een andere tijdzone naar de begrafenis van mijn opa.

Multidisciplinair kunstenaar Maja Bolier maakte een indringende en indrukwekkende korte film over rouw in het digitale tijdperk. Over hoe het is om op afstand aanwezig te zijn bij een zeer emotionele gebeurtenis. Een ervaring die niet alleen voor mij, maar door de gebeurtenissen van de afgelopen twee jaar voor veel meer mensen herkenbaar is. Maja toont het gevoel van afstand en maakt dit op bijzonder knappe wijze zichtbaar in de vorm van de film. Die start met close-ups en zoomt steeds verder uit, totdat je Maja zelf ziet en tot slot haar computerscherm met daarop het programma waarin ze inlogde om mee te kunnen kijken, waarmee ze letterlijk afstand creëert. Het scenario van de film is ingenieus opgebouwd, helemaal als je bedenkt dat ze met bestaand materiaal werkte, en eindigt met de rauwe realiteit die hoort bij begraven maar die voor de meeste mensen verborgen blijft.

Maja verbleef vanuit het talentontwikkelingsprogramma Inversie vier weken voor een werkperiode bij Witte Rook. Ze werkte aan deze film en een net verschenen dichtbundel. Vlak voor de opening mag ik haar vragen stellen over de film en haar werk.

R: ‘Je was afgelopen oktober online aanwezig bij de begrafenis van een belangrijk iemand in jouw leven, via een service die de Australische begrafenisonderneming aanbood voor de mensen die niet aanwezig konden zijn vanwege de lockdown. Wanneer heb je besloten dat je van deze gebeurtenis een film wilde maken en hoe is dat proces gegaan?’

 

‘Ik ging niet mijn verdriet verwerken met dit’

M: ‘De eerste keer heb ik het maar voor de helft gezien, ik was er live bij en mijn internetverbinding viel uit. Ik belde mijn moeder die daar aanwezig was, daarom zie je haar in beeld lopen met een telefoon en met mij praten. De dag erna heb ik het een tweede keer bekeken en besloten dat het een film moest worden. Het was bizar om mezelf te zien op mijn moeders telefoon en het gesprek te kunnen volgen dat ik de avond ervoor met haar had gehad. Toen werd het nog absurdistischer omdat de begrafenisonderneming de camera niet uitzette na de begrafenis en ik twintig minuten lang kon meekijken met bouwvakkers die het graf gereed maakten. Omdat ik filmmaker ben en lette ik heel erg op hoe de videoregistratie georganiseerd was door de begrafenisonderneming en dat was echt heel slecht. Ik besloot zelf een film te maken want ik ging niet mijn verdriet verwerken met dit.’

‘De film is gebaseerd op een tekst die ik tijdens de tweede keer dat ik keek heb geschreven. Hier bij Witte Rook heb ik de film afgemaakt en kan ik hem tonen. Ik was van plan de absurditeit in de film toe te lichten met performance en een installatie maar soms is een film gewoon een film, en bij mij is dat vaak het geval. De eerste week hier heb ik daarmee geworsteld, ook omdat de techniek niet meewerkte. Toen heb ik besloten het een film te laten.’

R: ‘Wat mij betreft maakt de film op zichzelf staand indruk genoeg. Ik weet van mijn eigen ervaring met het digitaal bijwonen van een begrafenis dat het op het einde een beetje raar werd. Iedereen gaat staan, met elkaar praten en omdat mijn beeldscherm met camera op een tafel stond zag ik op een gegeven moment alleen nog maar konten. Hoe was dat voor jou?’
M: ‘Ja, je bent een soort voyeur, zo voelde ik me ook. Het is alleen samen, want je bent het uiteindelijk wel alleen aan het doen. Ik zag ook niet wie nog meer aan het kijken waren, en in het hoekje van mijn scherm zie je staan: Live help: Offline alsof ze het eenzame nog eens wilden benadrukken. De film gaat over rouwen in het digitale tijdperk en geeft tegelijkertijd kritiek door de vraag te stellen of dit wel kan op deze manier, omdat het totaal het gevoel weghaalt. Maar misschien ben ik zelf gewoon ouderwets. Ik schop een beetje tegen het alles overnemende smartphone- en internetgebeuren.’

Hoewel de film een afscheid laat zien ten tijde van de strenge lockdown van vorig jaar in Australië gaat de film voor Maja niet over corona maar over het begrip afstand, dat naar eigen zeggen de kern van haar werk vormt. Afstand, die ze al haar hele leven voelt als migrant die opgroeide in Australië. Eerder maakte ze over dit onderwerp een film waarin ze andere migranten vroeg hoe het is om tussen twee werelden te leven.

 

‘Het maakt niet uit waar je vandaan komt, als migrant heb je dezelfde gevoelens’

 

M: ’Dan merk je dat het niet uitmaakt waar je vandaan komt, als migrant heb je dezelfde gevoelens. Door het maken van die film voelde ik opeens, oké ik leef tussen twee werelden, maar ik leef tussen twee werelden met heel veel anderen. Mijn films zijn persoonlijk maar gaan over universele gevoelens.’

R: Naast deze film heeft je werkperiode bij Witte Rook ook nog een boek opgeleverd toch?
M: ‘Ja, een dichtbundel die ik in de afgelopen drie weken heb afgemaakt. Ik werk voor Inversie samen met mentor Ad van Rosmalen en hij vond mijn teksten heel sterk en toen besefte ik me dat veel van mijn beeldend werk gebaseerd is op tekst. De afgelopen maand heb ik me echt op tekst gericht en nu heb ik een boek. Het is mijn eerste dichtbundel met een paar oudere teksten die ik maakte voor films en performances en ook veel nieuw werk. De tekst van deze film staat er ook in. En mijn collages als illustraties. Ik gebruik hiervoor gevonden beelden, die ik combineer met foto’s van mijn eigen lichaam. In de collages probeer ik me in te wringen in het landschap, de kleine connecties te vinden waar ik in zou passen, dat doe ik ook in het leven. Morgen ga ik voor het eerst uit mijn boek voorlezen en dat vind ik spannend. Tijdens mijn performances heb ik een pak aan als ik het podium op ga, als je je eigen woorden zo uit een boek voorleest voelt dat altijd een beetje naakt.’

 

‘Ik vind kunst vaak een egoïstisch einzelgänger-ding’

 

R: ‘De tweede dag van de opening hier heb je performances georganiseerd met dichters en muzikanten waarvan er twee met jouw teksten gaan werken. Doe je dat vaker, een podium creëren voor anderen?’
M: ‘Ja, ik kom uit de kraakscene en voor mij is dat heel erg vanzelfsprekend. Ik organiseer veel, trek iedereen mee en ik vind dat ook leuk. Ik vind kunst vaak een egoïstisch einzelgänger-ding en dat hoeft niet, ik ben meer voor de collectieve vreugde. Ik richt me daarom graag op kleine artspaces en samenwerkingen en doe ook heel veel sociaal culturele dingen zoals Creative Playground in Utrecht, workshops bij BAK en de Collageclub bij een cultureel café. Ik heb geen zin in hiërarchie, kunst moet mensen samenbrengen, dat is heel belangrijk.


 
Auteur:
Ruth de Vos

Stationslaan 111, Breda, Netherlands

Maja Irene Bolier werkte van 6 april tot en met 1 mei bij Witte Rook in het kader van haar deelname aan het programma Inversie Talenthub.

Kunstenaar en schrijver Ruth de Vos interviewt dit jaar de residenten van Witte Rook.

 
AIR:
Dit is wat we tot nu toe weten over Sabine de Graaf
‘De stereotiepe kunstenaar die altijd te laat komt, hoge eisen stelt, slecht in contact is, om veel te veel geld vraagt, ervan u...
 
AIR:
Linda Köke – Waarom is geld nog steeds zo’n taboe in de kunstwereld?
Tijdens haar residentie bij Witte Rook organiseerde schrijver Linda Köke een gesprek over kunst en geld. ‘Want mensen zien wel ...
 
AI Lise:
Technologie in de schilderijen van Ruth de Vos - deel I
Al tien jaar lang is computertechnologie het onderwerp van mijn beeldend werk. Het lijkt misschien op het eerste gezicht niet heel...