Ole Nieling verdiepte zich tijdens de residentie bij Witte Rook in de eeuwenoude leer van ‘het geluk’ door geen enkele maaltijd alleen te eten. Hij zocht naar kunstenaars uit de stad, bewoners van de wijk en verloren reizigers op het station om maaltijden mee te delen. Gedurende deze interacties ging hij het gesprek aan over wat ‘geluk’ betekent.
‘’Het is een misvatting dat kunstenaar zijn een ‘beroepskeuze’ is die je maakt. Er zijn voldoende ‘kunstenaars’ die zich niet in de cultuursector begeven en vice versa. In mijn beleving is een kunstenaar in de huidige tijd een uitvoerend filosoof; iemand die actief het leven in dienst stelt van het communiceren over de (universele) menselijke ervaring. Ik ben dan ook geen kunstenaar geworden, ik heb er niet voor gekozen, we hebben elkaar gevonden.”
Homo universalis
In een tijd waarin je alles kan worden wat je maar wilt maar niet lang genoeg leeft om die status echt te kunnen bereiken is de moderne homo universalis een groep mensen. Samenwerking staat dan ook hoog in mijn vaandel, mede omdat de reflectie die kunst toepast op de samenleving niet door één enkele discipline te vangen is.
Van binnenuit ervaar ik een onvoorstelbare nieuwsgierigheid en ontdekkingsdrang. Ik ben helaas te laat geboren om de aarde te ontdekken en te vroeg om het heelal te verkennen. Maar ik ben precies op tijd om de mens en haar eigenaardigheden te bestuderen. Dit resulteert in mijn fascinatie voor het menszijn. Hoe zijn wij historisch en hedendaags onderdeel van de natuur? Wat is het belang van onze cultuur en waar liggen de grenzen van de kunst? Hoe zijn wij mensen onderling met elkaar verbonden en wat maakt een mens tot een mens? Deze universele, tijdloze vragen vormen de overkoepelende thematiek in mijn werk.
Ontdekkingsreiziger
Vanuit mijn rol als kunstenaar dompel ik mij als een antropologische ontdekkingsreiziger onder in materie die mij vreemd is. Ik wil weten wat andere mensen doen, hoe ze dat doen en vooral waarom ze dat dan doen. Hierin speelt de relatie mens-natuur een belangrijke rol. Met een Pippi-Langkous-mentaliteit: ‘Ik heb het nog nooit gedaan, dus ik denk dat ik het wel kan!’ ga ik op avontuur: (on)gehoorzaam en autonoom op zoek om de wereld beter te begrijpen.
Ruim een jaar geleden ben ik met mijn werk een hoek van human interest ingeslagen. Ik werk projectmatig en de projecten die ik nu onderneem hebben altijd een zijspan met ruimte voor medereizigers: een directe bijdrage van anderen. Sinds 2019 ben ik druk bezig met onderzoek in de wereld van de zeevaart. Hiervoor heb ik een boot gekocht en daarmee is tijdens de IJsselbiënnale een reisprogramma gemaakt. Ik werk nu aan het vinden van een wijze waarop ik dit soort reizende verslaggeving efficiënt kan integreren in mijn praktijk. De boot liet ik tijdens mijn verblijf bij Witte Rook thuis maar het ‘journalistieke’ nam ik mee!
Geluk
”Voor je iets gaat eten of drinken, denk er dan aan met wie je dit doet en daarna pas aan wat er op het menu staat.” Deze uitspraak van Epicurus vormde het vertrekpunt van mijn residentie bij Witte Rook. Ik mocht een complete keuken ophalen bij mensen in de buurt en installeerde die in mijn werkruimte bij Witte Rook. Vervolgens heb ik mensen uitgenodigd om in deze keuken samen met mij te koken en te eten. Hierbij heb ik veel aan het toeval overgelaten. Dat resulteerde in een diverse groep mensen en inspirerende gesprekken die ik documenteerde in fotografie en film. Tijdens het koken en eten bespraken we geluk, verlangens en waar je echt van houdt. Bij Witte Rook kon ik de eerste lijnen uitzetten van dit project. Ik merkte dat het idee ontzettend veel ingangen en invalshoeken biedt. Omdat het meenemen van de complete keuken geen optie is ben ik aan het nadenken over het maken van een mobiele keuken en het plan is om uiteindelijk een kunstenaars-kookboek uit te brengen gebaseerd op alle maaltijden die ik heb mogen delen.