Immer bewust van de kunsthistorie verbindt Stijn Peeters die aan zijn eigen beeldtaal zonder zich in te laten met valse romantiek. Het onderliggende motief is het duiden van het engagement in zijn werk dat zich vanzelfsprekend verhoudt tot de tijd waarin hij leeft. Tijdens de residentie in Zundert leerden de brieven van Vincent van Gogh hem dat ook Vincent het sociale in picturale termen beschrijft. Het universele dilemma van de maker die niet anders kan dan het beeld te manipuleren.
Ochtend
Vroeg in de ochtend, nog bijna nacht, begon Stijn zijn werkdag. Lange dagen die zich aaneenregen tot een periode gevuld met onvervalste discipline. Een intensieve periode, waarin Stijn zich in het bijzonder bezighield met grafische technieken zoals monotype en etsen. Het werden toch niet de brieven van Vincent waar Stijn aanvankelijk mee wilde beginnen, maar de werkwijze waarmee hij de kalligrafie van Vincent ervaarde.
Eerst in de breedte, door het reproduceren van de etsen van Van Gogh zoekend naar de analogieën. Daarna de diepte in, hoe het ooit begon door op dezelfde meesters terug te grijpen die ook Vincent gevormd hebben zoals Courbet, Millet en Léon Frédéric. Het herbeleven van het moment waar de sociale strijd een plaats kreeg in de kunstgeschiedenis en de gewone man onderdeel werd van de schilderkunst. Het onderzoek in deze beeldende vorm was de basis voor het hele proces en gaf zelfs een zekere voldoening om de verantwoordelijkheid voor het beeld af te schuiven en daarmee open te staan voor herinterpretatie.
“Maar ook de periode van Vincent in de Borinage liet met niet los, hier maakte hij zijn eerste tekeningen die over het registreren gaan, het vastleggen wat hij zag maar niet over het tekenen zelf. Alles heeft dezelfde aandacht maar de weergave blijft vlak. Ik wilde dit een nieuwe kans geven in mijn eigen versie, de oorspronkelijke gedachte van waaruit het getekend is verlengen en vasthouden.”
Middag
De residentie was een intensieve periode om zich weer te herinneren hoe het is om onbezorgd in een atelier te kunnen werken. Hoe de focus aanwezig is, niet in termen van kwantiteit maar het produceren om te ontdekken en te voelen wat concentratie is.
“In deze tijd worden we teveel versnipperd. Er zijn tal van andere verplichtingen die je krijgt als je ouder wordt. Je deelt jezelf met van alles waar je je eigenlijk nooit echt op hebt kunnen voorbereiden. Soms schrik ik ervan terug dat studenten nog versnipperder zijn dan ik, dat ze andere dingen doen dan waar ze voor opgeleid worden, hoe ze zich onttrekken aan het kunstenaarschap en dat ze zich niet durven over te geven aan de verveling en de sleur die er ook deel van uitmaakt.”
Een versnippering die Stijn ook ziet ontstaan door de Social Media die het angstgevoel vergroot. De wereld ervaarde hij ooit anders toen het maatschappelijk bewustzijn gevoed werd door een zekere continuïteit in de berichtgeving. “De vijand leek toen aanwijsbaar maar nu is het een sluipmoordenaar. We zijn ruim voorzien van beelden, beelden die het tonen van het menselijk leed niet schuwen terwijl de maatschappij toekijkt en niet werkelijk handelt. “
De bronnenserie ging zich vermengen met de actualiteit, vluchtelingen, hele families die in de ellende zijn gekomen werden ‘spiegelprenten’ van het historisch verbeelde Westers onbehagen. Zelfs gingen de twee werelden in elkaar op, zoals de spittende vrouwen van Van Gogh waar Stijn in de achtergrond wandelende figuren heeft toegevoegd. De vluchtelingenstroom die voorbij trok terwijl iedereen gewoon doorgaat met waar hij mee bezig is.
Avond
Een kunstenaarscarrière van dertig jaar vraagt om reflectie op het kunstenaarschap zelf. De ambitie is niet veranderd, maar wel het maken van keuzes, de nalatenschap en behoud van het oeuvre waar ook familie en partners een rol in spelen. Nadat Stijn meer dan eens van atelier moest veranderen kwam ook het besef dat niet alles nodig is om te bewaren. Keuzes kun je ook nu al maken, zelfs als de helft weggaat is er nog genoeg en dan hoeven anderen de beslissing niet te maken.
“Een gedachte die bij mij ook geïnspireerd is omdat ik nu geen galerie heb. Ik ben daar heel kritisch in geworden omdat ik te vaak meemaak dat de visie op bedrijfsvoering niet goed is of zelfs afwezig. Een kunstenaarspraktijk is complex en valt niet terug te brengen tot oneliners. Als uiteindelijk alleen mijn eigen netwerk langskomt dan kan ik dat beter zelf doen. Ik ervaar het juist positief om niet voor een markt te produceren, ik creëer nu mijn eigen markt.”
Een gegeven dat hij ziet als de verantwoordelijkheid van de beroepsgroep, hoe deze ook de afbouw van een carrière moet regisseren. Niet als het einde ervan maar hoe je het bestendig kunt maken voor de toekomst, de collectie van je eigen beeldende geschiedenis kunt archiveren. “Een onderdeel dat niet heel erg aansprekend is, maar wel deel uit maakt van je kunstenaarschap. Op de academie leer je dat niet, je leert kunstenaar zijn, een beetje ondernemen, maar dat niet.”
Nacht
Aan het einde van de werkperiode volgt de inventarisatie van de verworven ervaringen zoals het loslaten en weer herontdekken. Hoe Stijn het beeld kan herhalen en in de herhaling het verhaal opnieuw vertelt. Vertellingen in beeldreeksen die de aanzet geven tot nadere uitwerking, het verwerven van technische vaardigheden die nog lang niet voltooid zijn.
“Door mijn nieuwsgierigheid naar de monotype zijn er openingen ontstaan om weer te gaan schilderen. Dat was de laatste maanden niet vanzelfsprekend. Etsen die hier zijn ontstaan en nog een oplage mogen krijgen. Hoe de onderschildering voor deze etsen een grotere rol kreeg door een vrijere opzet die steeds meer een eigen weg ging volgen.”
En in de herontdekking van het atelier, via het nachtcafé van Vincent, maakte Stijn de beeldende associatie met bepaalde schilderijen van Watteau en Munch. Elk van deze schilderijen toonde een omgeving voor een personage dat Stijn weergaf als silhouet, waarmee hij de reeks afsloot met zijn eigen silhouet in de studio van het VanGoghhuis. De beeldenreeks, het associatief werken, is hiermee op gang gekomen, het plaatsen van zichzelf in een context. Een context van grootheden maar niet in de pretentieuze zin, het is het bewust zijn dat hij deel uit maakt van een geschiedenis. Ook de kunstenaar heeft zijn eigen historie.
“Ik was het doorbouwen aan verhaallijnen zoals vroeger even kwijt, dat is nu weer terug gekomen. Vincent heeft me in zekere zin aan de hand genomen, ik heb hem leren kennen.”