John van Gils is al langer bezig om zijn tekeningen en schilderijen aan te vullen met ruimtelijke beelden. Het idee om tot een samenspel te komen van een tekening, reliëf en ruimtelijk werk bevindt zich al langere tijd in een schetsstadium en John heeft de periode bij Witte Rook gebruikt om hierin nieuwe inzichten te krijgen.
Verbeelding
‘Aanvankelijk was er geen heldere reden voor me om voor een kunstacademie te kiezen. Achteraf denk ik dat mijn keuze voortkwam uit compromisloos kunnen maken en doen wat je wil. Toen ik eenmaal binnen was kwam de hele kunstwereld voor me tot leven. Het raadselachtige van de verbeelding welke vrijwel direct mijn interesse had is nog steeds actueel voor me.
Er is altijd de poging om met de materialen waar je voor kiest tenminste één aspect van het menselijk bestaan uit te kristalliseren. In mijn praktijk heb ik nooit gezocht naar originaliteit of engagement. Ik zie mijn werk voornamelijk als romantisch. Grootschalige, werkelijke gebeurtenissen in de wereld en het kleine individuele bestaan hebben altijd mijn interesse gehad, met speciale aandacht voor uitingen binnen religies en de Renaissance. Daarnaast kan de veelheid van al deze invloeden verlammend werken voor me. Ik keer dan terug naar mijn eigen traditie en rituelen om opnieuw tot een beeldende uitspraak te komen met eenvoudige motieven.
Met verf zoek ik momenteel naar een soort van decor of ruimtelijkheid waarbinnen zich een verhaal kan gaan afspelen. De motieven die erin voorkomen zijn voor iedere beschouwer herkenbaar en soms bijna een cliché en toch is het nieuw en wordt een bekend verhaal opnieuw bevraagd.
Icarus
Met polystyreen ofwel piepschuim maakte ik bij Witte Rook voor de eerste keer een groot site-specific beeld geïnspireerd op de mythologische vertelling van Icarus. Het idee was om de zwaartekracht in te zetten als gereedschap. Met gestapelde blokken polystyreen werkte ik naar het raam in het plafond toe. In de tweede fase werd gips gebruikt om in lopers, langs het polystyreen, verticale stroken te laten ontstaan. Door het piepschuim vervolgens weg te branden bleef het gips over als de werkelijke drager van het beeld. Resultaat is een omkering in materiaal en drager wat tot een verrassende ruimtelijkheid en uitstraling leidde.